Fondsen.org logo

Teams Artsen zonder Grenzen bieden noodhulp bij noodtoestand Centraal-Afrikaanse Republiek

De regering van de Centraal-Afrikaanse Republiek heeft een landelijke noodtoestand uitgeroepen. Al weken strijdt een nieuw verbond van gewapende groepen tegen het door buitenlandse troepen ondersteunde regeringsleger. Naar schatting zijn de afgelopen maand bijna 120.000 mensen op de vlucht geslagen. Onze teams hebben hun noodhulp sterk opgeschaald. Ze behandelen oorlogsgewonden en bieden medische noodhulp aan vluchtelingen in de Centraal-Afrikaanse Republiek en Democratische Republiek Congo.

Verkiezingsgeweld

De Centraal-Afrikaanse Republiek (CAR) is al jaren onrustig en instabiel. Grote delen van het land zijn nog steeds in handen van gewapende groepen. Sinds half december werden door het hele land aanvallen uitgevoerd; op 13 januari bereikten de gevechten de rand van hoofdstad Bangui. Op 18 januari werd de zittende president Touadéra officieel tot winnaar van de verkiezingen van 27 december uitgeroepen. De situatie is gespannen en onvoorspelbaar; geruchten gaan rond over nieuwe aanvallen. Op 21 januari heeft de regering een landelijke noodtoestand uitgeroepen.

Door heel Centraal-Afrikaanse Republiek

Door het hele land, waaronder in hoofdstad Bangui, hebben onze teams 258 oorlogsgewonden verzorgd (gegevens 25 januari 2021). Mobiele teams trekken gebieden in om te onderzoeken wie welke hulp nodig heeft, en om direct acute medische hulp te bieden. Ze gaan ook door met hun bestaande werk in ziekenhuizen, klinieken en posten, zo ver dat mogelijk is. Ook bieden onze teams medische noodhulp aan vluchtelingen in en buiten de Centraal-Afrikaanse Republiek.

vluchtelingen kathedraal bouar centraal-afrikaanse republiek
Bijna 4.000 mensen in de kathedraal van de stad Bouar, Centraal-Afrikaanse Republiek. Onze teams bieden hen noodhulp. © Vivien Ngalangou/MSF
vrouw gevlucht centraal-afrikaanse republiek verkiezingsgeweld
‘De rebellen hebben hun basis in mijn wijk opgezet. Ik slaap nu buiten met mijn 1-maand oude baby,’ vertelt Rolande. © Vivien Ngalangou/MSF

Vluchtelingen op het ziekenhuisterrein

Onze teams werken in hoofdstad Bangui, de steden Bossangoa (bastion van voormalig president Bozizé) en Boguila, de hevig bevochten steden Bambari, Bangassou en Grimari, en in de plaatsen Paoua, Bouar, Carnot, Batangafo, Bria en Kabo. Tijdens een offensief op 3 januari nam het verbond van gewapende groepen Bangassou in, in het zuidoosten van de Centraal-Afrikaanse Republiek aan de grens met DR Congo. Bijna 800 mensen, vooral vrouwen en kinderen, zochten hun toevlucht op het terrein van het regionale universiteitsziekenhuis waar onze teams werken. Inmiddels hebben deze gewapende groepen de stad weer verlaten. Onze teams gingen tijdens de inname door met hun werk in het ziekenhuis zelf, en hebben voor onderkomens, drinkwater en andere medische noodhulp aan de vluchtelingen gezorgd.

Noodhulp in de bossen

Ook in de stad Bouar werd hevig gevochten. 8.000 mensen moesten hun huis verlaten en zoeken onderdak in onder andere kerken. Onze teams ondersteunen hier drie medische posten en het plaatselijke ziekenhuis. Ook zorgen ze voor schoon water en hygiënische voorzieningen, en delen ze hulpgoederen uit. In en rond de plaatsen Grimari en Bossembele zijn hele buurten en dorpen verlaten na aanvallen, plunderingen en verwoestingen door gewapende groepen. Tussen de 50.000 en 100.000 mensen verschuilen zich naar alle waarschijnlijkheid in de bossen rond Bossembele. Een noodhulpteam is onderweg om de mensen te zoeken en hen medische noodhulp te bieden.

De aanval op de wagen voor openbaar vervoer in Grimari waarbij verschillende mensen, waaronder een van onze teamleden, omkwamen is een duidelijk voorbeeld van de menselijke tol van het geweld. Opnieuw zitten burgers gevangen in het kruisvuur van een dodelijk conflict. We zijn geschokt en diepbedroefd door het overlijden van onze collega en betuigen ons diepste medeleven aan zijn familie en vrienden.

Marcella Kraay, adjunct-landencoördinator

Onze collega, die in ons hulpproject in Grimari werkte, was die dag, 28 december, op verlof en onderweg naar zijn familie in Bangui. We stuurden direct een medisch team dat vijf ernstig gewonden, waaronder onze collega, naar het ziekenhuis in het nabijgelegen Bambari bracht. Helaas bezweek hij uiteindelijk aan zijn verwondingen. Uit respect voor zijn privacy maken we zijn naam niet bekend.

water-en-sanitatiespecialisten artsen zonder grenzen dr congo
In Ndu, in DR Congo, checken water-en-sanitatiespecialisten de kwaliteit van het aanwezige water. © Marco Doneda/MSF
vluchtelingen rivier centraal-afrikaanse republiek dr congo
Binnen een paar dagen staken ruim 12.000 Centraal-Afrikaanse vluchtelingen de rivier over naar het dorp Ndu, DR Congo. © Dale Koninckx/MSF

Hulp aan vluchtelingen in DR Congo

De avond voordat het verbond van gewapende groepen de stad Bangassou innam, ontvluchtten duizenden inwoners de stad. Zij staken de Mbomou-rivier over naar Ndu, een dorp in DR Congo. Ons daar al aanwezige team heeft direct extra medicijnen en vaccins aangevoerd en versterking gekregen van extra teamleden. Dagelijks behandelen ze in de post ruim 110 patiënten voor malaria, diarree en luchtweginfecties. Ook hebben onze teams een waterzuiveringsinstallatie aangelegd die rivierwater omzet in veilig drinkwater. Dit is belangrijk om te voorkomen dat via water overgebrachte ziekten zich verspreiden. Een ander team is onderweg naar de plaats Yakoma in DR Congo waar vluchtelingen uit de Centraal-Afrikaanse Republiek zich hebben verzameld.

Toegang tot zorg beperkt

Onze teams maken zich zorgen over de toegang tot medische zorg die nu ernstig beperkt wordt vanwege het geweld, onder meer als gevolg van de frontlinies. Ouders die hun zieke kinderen niet voor medische hulp kunnen brengen, mensen van wie hun behandeling voor hiv nu niet mogelijk is en zwangere vrouwen die geen medische hulp kunnen krijgen.

Ruim 200 duizend vluchtelingen

Van de nieuwe stroom vluchtelingen hebben volgens de VN 60.000 Centraal-Afrikanen hun toevlucht elders in het land gezocht, 50.000 mensen zijn de grens naar buurland DR Congo overgestoken en 9.000 anderen zijn gevlucht naar Kameroen, Tsjaad en Congo-Brazzaville. Er wordt geschat dat er in totaal daarmee rond de 240.000 mensen zijn gevlucht voor het al jarenlange aanhoudende geweld in de Centraal-Afrikaanse Republiek.