In Belarus is journalist Raman Pratasevich aangehouden nadat het vliegtuig waarin hij zat een noodlanding in Minsk maakte.
‘De situatie is simpel’, zegt Marie Struthers van Amnesty International. ‘Het lijdt weinig twijfel dat de Belarussische autoriteiten een valse bommelding en een MiG-straaljager hebben gebruikt om een vliegtuig tot landen te dwingen met schijnbaar enige doel een verbannen kritische journalist op te pakken en het zwijgen op te leggen.’
‘Luchtpiraterij’
‘Het klinkt als een buitengewoon plot van een Hollywood-film, maar is dat niet. De realiteit van deze duidelijke daad van luchtpiraterij is huiveringwekkend. De Europese Unie en de rest van de wereld moeten Belarus onmiddellijk oproepen Raman Pratasevich vrij te laten. De voormalig hoofdredacteur van de populaire kritische Telegram-zender NEXTA moet vrij zijn het land te verlaten’, zegt Struthers.
Achtergrond
Op 23 mei werd de 26-jarige Raman Pratasevich, die tot september 2020 leiding gaf aan de grootste Wit-Russische Telegram-kanalen van de oppositie NEXTA en NEXTA Live, vastgehouden op de luchthaven van de Belarussische hoofdstad Minsk. Dat gebeurde nadat zijn vlucht van Athene naar Litouwen een noodlanding maakte omdat er een bommelding zou zijn. Een MiG-29-straaljager van de Belarussische luchtmacht begeleidde het burgervliegtuig naar het vliegveld van Minsk. Volgens het Belarussische persbureau BelTA zou president Loekasjenko opdracht hebben gegeven tot de gedwongen landing.
Vorig jaar werden NEXTA en verwante mediakanalen bestempeld als zijnde ‘extremistisch’ en daarop in Belarus door de veiligheidsdiensten verboden. Deze stap vormt een onderdeel van het harde optreden van de autoriteiten tegen vreedzame protest na de betwiste uitslag van de presidentsverkiezingen van 9 augustus 2020. Raman Pratasevich en zijn medewerker Stsyapan Putsila werden op de lijst gezet van ‘personen die betrokken zijn bij terroristische activiteiten’. De twee werden ook beschuldigd van ‘het aanzetten tot massale rellen’, ‘grove schending van de openbare orde’ en het ‘aanzetten tot haat’ tegen overheidsfunctionarissen en wetshandhavers. Voor deze misdrijven kunnen zij tot 15 jaar gevangenisstraf krijgen.
Inmiddels hebben diverse EU-leiders en de Amerikaanse regering de actie veroordeeld.