Al jaren breidt het leefgebied van de das zich vanuit de Loonse en Drunense Duinen uit naar natuurgebied Huis ter Heide en het omliggende landschap. Aan het eind van 2020 stond de teller op 256 dassen, wat neerkomt op een groei van 26 dieren. Dat is een ruime verdubbeling ten opzicht van 2019, toen er netto een groei van 12 dassen was geregistreerd. Deze en nog veel meer interessante gegevens zijn door Dassenwerkgroep “Loonse en Drunense Duinen en omgeving” verzameld en verwerkt in een jaarverslag .
Ik vertrek
In 1999 werden in de duinen 21 dassen uitgezet. Dit groepje is in eenentwintig jaar uitgegroeid tot 259 exemplaren die in familieverband 80 burchten bewonen. Ze leven inmiddels al lang niet meer allemaal in de duinen, maar hebben ook buiten de grenzen van de natuurgebieden geschikte leefgebieden gevonden. Natuurmonumenten heeft in de duinen en Huis ter Heide 36 dassenburchten, maar daarbuiten, in de driehoek Den Bosch, Raamsdonksveer en Tilburg zijn ook al 53 burchten geteld. Momenteel worden 80 van de 92 burchten bewoond.
Groot, groter, grootste burcht
Een das bewoont in familieverband een burcht, die uit een complex stelsel van gangen en kamers bestaat. De burchten worden soms generaties lang bewoond en steeds verder uitgebouwd. De meeste burchten bestaan al snel uit drie tot wel dertig kamers en zijn voorzien van vluchtpijpen en ventilatieschachten voor verse lucht. Zo is er in de duinen een burcht gevonden met wel 65 ingangen en ook een burcht met een oppervlak van 3300 vierkante meter.
Dassenwerkgroep gaat door in coronatijd
De Dassenwerkgroep inventariseert voor Natuurmonumenten met dertien fanatieke vrijwilligers alle burchten in De Loonse en Drunense Duinen en Huis ter Heide. Maar ook in het buitengebied van de omliggende gemeenten wordt het dassenleven nauwkeurig gevolgd. Gelukkig kon het inventariseren in coronatijd gewoon doorgaan en kwamen alleen de rondleidingen en het project ‘Das in de klas’ op een laag pitje te staan.
Verkeersslachtoffers
Dassen volgen iedere nacht vaste routes en steken daarbij vaak wegen over om bij de voedselrijke weilanden te komen waar ze op regenwormenjacht gaan. Dat oversteken kost veel dassenlevens. 2019 was een dramatisch slecht jaar, waarin veertig dassen werden doodgereden. In 2020 waren dat er gelukkig zeven minder. Omdat de dassen zich de komende jaren zeker verder gaan verspreiden is het belangrijk dat er op meer plekken rasters en tunnels komen. De twee dodelijkste trajecten voor de das zijn De Heikant/Guldenberg ten zuiden van de duinen en de Bergstraat die door Huis ter Heide loopt. Het eerste traject scoort zelfs het grootste aantal slachtoffers van Nederland.
Aanpassende dassen?
De extreem droge zomers van 2018 en 2019 ging de das niet in zijn ‘koude’ kleren zitten. Veel jonge dassen haalden de volwassenheid niet. De aanhoudende droogte zorgde voor een zeer lage grondwaterstand, waardoor ook de regenwormen de diepte in gingen en zo buiten het bereik van de dassen kwamen. Jonge dassen hebben nog niet voldoende vetreserves om zo een periode van voedselschaarste te overleven. Hoewel de zomer van 2020 ook zeer droog en warm was, kwam de groei van de populatie dassen wel weer op gang en kunnen we van een ‘normaal’ jaar spreken. Er is onderzoek over meerdere jaren nodig om hier echt een conclusie aan te verbinden, maar vooralsnog lijkt het alsof de dieren zich aan de situatie hebben aangepast.