De European Cultural Foundation werd in 1954 in Genève opgericht. Tot de oprichters behoorden de Zwitserse filosoof Denis de Rougemont, de architect van de Europese Gemeenschap Robert Schuman, en ZKH Prins Bernhard der Nederlanden, onder wiens voorzitterschap de stichting in 1960 naar Amsterdam verhuisde. Ze geloofden allemaal hartstochtelijk in cultuur als een essentieel ingrediënt voor de naoorlogse wederopbouw en genezing van Europa.
Ze hadden een verenigd Europa voor ogen waar burgers zich trots Europeaan voelen, een plek waar ze vrij kunnen leven, zich uitdrukken, werken en dromen, in diversiteit en harmonie. Ze hebben de ECF opgericht "om het Europese sentiment te stimuleren, om de ontwikkeling en het behoud van een gevoel van wederzijds begrip en democratische solidariteit tussen de volkeren van Europa te bevorderen door culturele en educatieve activiteiten van gemeenschappelijk belang aan te moedigen".
De stichting heeft zich altijd gericht op programma's en subsidies die mobiliteit en de uitwisseling van ideeën, onderwijs door middel van cultuur en capaciteitsopbouw mogelijk maken. In haar 65-jarig bestaan heeft de stichting meer dan twintig programma's geïnitieerd en ontwikkeld, duizenden Europeanen ondersteund met beurzen en uitwisselingen en geholpen om cultuur- en cultuurbeleid op de Europese agenda te zetten.
Kunst voor sociale verandering
Eind jaren negentig verbreedden we ons activiteitenaanbod: het bevorderen van maatschappelijke participatie door middel van kunst en het reflecteren op de rol van kunstenaars in maatschappelijke verandering. Samen met de Open Society Foundation hebben we het jongerenprogramma Art for Social Change opgezet in Zuidoost-Europa en de Baltische regio. De snelle introductie van nieuwe mediatechnologieën stimuleerde ons om LabsforCulture op te richten – een online netwerkplatform dat culturele uitwisseling mogelijk maakte – en vele programma's gewijd aan media-activisme in heel Europa. In 2008 werd de ECF Prinses Margriet Award gelanceerd om geweldige voorbeelden van cultuur als een kracht van positieve verandering te benadrukken.
Europese nabuurschapsprogramma's
De uitbreiding van de EU in 2004 bezorgde Europa nieuwe (Schengen)grenzen en 'nieuwe' culturele buren aan de buitenkant. ECF is altijd een groot voorstander geweest van een veel breder cultureel idee van Europa. Een Europa dat niet alleen stopt bij politieke of nationale grenzen. In 2009 leidde onze langdurige samenwerking met nieuwe kunstinitiatieven en cultuurbeleidsactivisten uit veel regio's buiten de EU tot de lancering van onze capaciteitsontwikkelingsprogramma's voor het Europese nabuurschap. Gedurende meer dan tien jaar toonde onze programmatische betrokkenheid bij culturele maatschappelijke organisaties uit de hele EU-buurlanden aan dat we ons geen open, inclusieve en humane toekomst voor Europa kunnen voorstellen zonder samen te werken met mensen en gemeenschappen uit onze directe buurlanden. Sinds 2019 hebben Tandem en andere ECF-partnerinitiatieven in de Balkan, EU-nabuurschapswerk .
Democratie heeft verbeeldingskracht nodig
Via Connected Action for the Commons, een netwerk- en actieonderzoeksprogramma, ontwikkelden we kansen voor Europeanen om onderzoek aan te vragen en subsidies te ontwikkelen. In de aanloop naar de verkiezingen voor het Europees Parlement van 2019 hebben we Democracy Needs Imagination-beurzen gelanceerd voor iedereen die de Europese democratieën nieuw leven inblaast. Omdat we van Europa houden.
Cultuur van Solidariteit
In 2020 boden we publieke belanghebbenden en stichtingen de mogelijkheid om lokale/nationale actie te verbinden met een Europees doel door hen uit te nodigen om deel te nemen aan het Culture of Solidarity Fund . Het is een kwestie van schaal en impact.
Dit weerspiegelt de woorden van onze oprichter – Robert Schuman – die de beroemde uitspraak deed: “Europa zal niet in één keer worden gemaakt, of volgens één enkel plan. Het zal worden opgebouwd door concrete prestaties die eerst een feitelijke solidariteit creëren.”
Europees sentiment
In 1954 schreef onze oprichter Denis de Rougemont over de 'noodzaak om een gemeenschappelijk sentiment van de Europeaan op te wekken': "Tenzij er een vrij snel en algemeen besef is van het gevaar dat al onze landen samen lopen, maar ook van de enorme middelen die Europa nog tot zijn beschikking zou hebben op de enige voorwaarde dat het zich zou verenigen – alle verdragen en handelingen die kunnen worden gesloten, zullen onvoldoende zijn, zullen te laat komen of zullen een dode letter blijven. Als integendeel een besef van een gemeenschappelijk lot onder de Europeanen wordt gewekt, zullen de meeste obstakels die vandaag bestaan gemakkelijker te overwinnen lijken, of zelfs verdwijnen, aangezien ze bestaan uit vooroordelen, partijdige blindheid, ongegrond wantrouwen en vooral onwetendheid van de werkelijke situatie.”