Afgelopen vrijdag heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Amsterdam een belangrijke uitspraak gedaan in het voordeel van Stichting Vluchtelingenwerk Nederland. De organisatie had bezwaar aangetekend tegen de beslissing van de minister van Asiel en Migratie om aanzienlijk minder subsidie toe te kennen dan aangevraagd. De rechter heeft geoordeeld dat het besluit van de minister niet voldoet aan de wettelijke vereisten en dat Vluchtelingenwerk recht heeft op een redelijke termijn om zich aan te passen aan een eventuele subsidiewijziging.
Behoorlijke subsidieaanpassing zonder overgangsperiode Vluchtelingenwerk had in september 2024 een subsidieaanvraag ingediend voor ruim €34 miljoen, gebaseerd op het verwachte aantal opvangplekken in 2025. De minister kende uiteindelijk slechts €13 miljoen toe en kondigde aan dat er werd gewerkt aan een “afbouwplan”. Dit zou betekenen dat Vluchtelingenwerk haar werkzaamheden drastisch zou moeten inperken. De organisatie ging in bezwaar en vroeg om een voorlopige voorziening, aangezien de plotselinge subsidieaanpassing zonder duidelijke overgangsperiode een ernstige impact zou hebben op hun werk en personeel.
Rechter oordeelt in het voordeel van Vluchtelingenwerk De voorzieningenrechter oordeelde dat Vluchtelingenwerk inderdaad een spoedeisend belang heeft, omdat het zonder extra middelen genoodzaakt zou zijn om haar werkzaamheden al op korte termijn af te schalen. Daarnaast heeft de rechter vastgesteld dat de minister bij het besluit geen redelijke termijn heeft geboden om de organisatie in staat te stellen zich aan de nieuwe situatie aan te passen. Volgens de wet moet een dergelijke ingrijpende wijziging van een langdurige subsidierelatie met voldoende voorbereidingstijd worden doorgevoerd.
Subsidierelatie blijft voorlopig intact Als gevolg van deze uitspraak moet de minister de subsidierelatie met Vluchtelingenwerk ongewijzigd voortzetten totdat er een beslissing op bezwaar is genomen. Dit betekent dat de organisatie haar belangrijke werk voor asielzoekers en vluchtelingen voorlopig kan blijven uitvoeren zoals gepland. Ook krijgt Vluchtelingenwerk een vergoeding voor de gemaakte proceskosten en het griffierecht.
Positieve boodschap voor de sector Deze uitspraak is niet alleen goed nieuws voor Vluchtelingenwerk, maar ook voor andere maatschappelijke organisaties die afhankelijk zijn van structurele subsidies. Het onderstreept dat overheidsinstanties zorgvuldig en volgens de wet moeten handelen bij het wijzigen van financieringsstromen, vooral wanneer dit impact heeft op kwetsbare groepen in de samenleving.
Voor Vluchtelingenwerk betekent deze uitspraak een tijdelijke opluchting, maar de discussie over de financiering van asielopvang en -begeleiding zal ongetwijfeld worden voortgezet. De organisatie blijft zich inzetten voor de rechten en ondersteuning van vluchtelingen en hoopt op een structurele oplossing in de toekomst.